Belangrijkste verschil: De termen “lot” en “bestemming” zijn zeer nauw verwant. In feite worden zij vaak als synoniemen beschouwd. Hoewel kan worden gezegd dat de twee woorden uitwisselbaar zijn, of synoniem, is er eigenlijk een klein verschil in de manier waarop ze worden gebruikt.

De termen ‘lot’ en ‘bestemming’ zijn vrij nauw verwant. In feite worden ze vaak als synoniemen beschouwd. Zowel het lot als het noodlot verwijzen naar een vooraf bepaalde toekomst, waarin er een vooraf bepaalde loop van gebeurtenissen is, die hoe dan ook niet kan worden tegengehouden. Beide termen impliceren dat er een vaste natuurlijke orde is die dicteert wat er in de toekomst gebeurt. Deze vaste natuurlijke orde kan worden gedicteerd door het universum, God, enz.

Ondanks dat kan worden gezegd dat de twee woorden uitwisselbaar zijn, of synoniem, is er eigenlijk een klein verschil in de manier waarop ze worden gebruikt. Men kan zeggen dat de termen verschillende connotaties hebben.

‘Noodlot’ verwijst gewoonlijk naar ‘een macht of instantie die de loop der gebeurtenissen vooraf bepaalt en ordent.’ Het noodlot verwijst naar gebeurtenissen die geordend zijn, die onvermijdelijk of onvermijdelijk zijn. Het is wat er gaat gebeuren. Als men aan ‘lot’ denkt, komt ‘De Schikgodinnen’ onvermijdelijk ter sprake. De Schikgodinnen waren drie zusters in de Griekse Mythologie die het lot verdeelden. Ze worden meestal voorgesteld als spinnende wandtapijten die mensenlevens uitbeelden. Elk weefsel en elke knoop stelde gebeurtenissen voor die het leven van de mensen dicteerden. Uiteindelijk, wanneer het tijd was voor de mens om te sterven, werd de draad doorgeknipt.

Het lot daarentegen wordt afgebeeld als ‘eindigheid van gebeurtenissen’. In feite lijkt de term ‘lot’ erg op de term ‘bestemming’. Het lot is in wezen de plaats waar men geacht wordt te eindigen, het einde der dingen. Het heeft een meer algemene, open en overzichtelijke kijk, in vergelijking met het lot. Het lot is beperkter, in feite kan men zeggen dat het lot het eindresultaat is, terwijl het lot de weg is om daar te komen.

Daarnaast kan men zeggen dat over het algemeen ‘lot’ wordt gebruikt om te verwijzen naar iets met een negatieve connotatie, terwijl, ‘lot’ neutraler is. Lot’ wordt vooral gebruikt om te verwijzen naar iets met een meer positieve connotatie, bijvoorbeeld: ‘Hij was voorbestemd voor grootsheid.’ In vergelijking met: ‘Het is altijd zijn lot om achter te blijven.’