Heinz Kohut was een 20e-eeuwse psychoanalyticus die het gebied van de zelfpsychologie uitbreidde.
Professioneel leven
Heinz Kohut werd geboren in Wenen, Oostenrijk, op 3 mei 1913. Hij kreeg thuis les tot 1924, toen hij op 11-jarige leeftijd naar de openbare school ging. Hij leerde Frans en Grieks spreken en studeerde Europese literatuur en biologie. Hij begon zijn middelbare studie medicijnen aan de Universiteit van Wenen, waar hij een interesse ontwikkelde in psychoanalyse. Hij studeerde een jaar in Parijs en studeerde af in 1938.
Kohut vluchtte in 1939 voor de nazi’s in Oostenrijk, omdat zijn vader Joods was. Hij reisde naar Engeland en vervolgens naar de Verenigde Staten, waar hij werkte in de ziekenhuizen van de Universiteit van Chicago. Geleidelijk stapte hij over naar de psychoanalyse, en uiteindelijk werd hij docent psychiatrie aan de universiteit. Hij was president van de American Psychoanalytic Association in 1964 en vice-president van de International Psychoanalytic Association vanaf 1965.
Aanhoudend verdediger van de traditionele psychoanalytische theorie, noemde Kohut zichzelf vaak “Mr. Psychoanalysis,” hoewel hij later in zijn carrière Sigmund Freud’s structurele theorie verwierp en een nieuwe theorie van het zelf ontwikkelde.
Bijdrage aan de psychologie
Kohut begon met het ontwikkelen van een visie op het zelf met vier basiscomponenten, te beginnen met het nucleaire zelf, een biologische constructie waarmee zuigelingen worden geboren. Het virtuele zelf is een beeld van de baby dat door haar ouders wordt vastgehouden. De combinatie van de nucleaire zelf en de virtuele zelf zou moeten leiden tot de volgende component, een samenhangende zelf, maar trauma, misbruik, en andere problemen tijdens de ontwikkeling kan dit verhinderen. De grandioze zelf is de vierde component, en is een egocentrische vorm van het zelf dat voortvloeit uit gevoelens van het zijn van het centrum van het universum tijdens de vroege kindertijd.
Kohut geloofde dat het falen van een ouder om zich in te leven in het kind de kern was van bijna elk psychologisch probleem. Kohut’s zelfpsychologie is gebouwd rond deze overtuiging, waarbij hij benadrukt dat psychologische problemen en onaangepaste coping-strategieën het resultaat zijn van onvervulde ontwikkelingsbehoeften. Wanneer bijvoorbeeld de behoefte van een bang kind om getroost te worden niet wordt bevredigd, kan hij of zij uitgroeien tot een overdreven voorzichtige of excessief risico nemende volwassene.
Empathie is het belangrijkste therapeutische hulpmiddel in de zelfpsychologie omdat het, volgens Kohut, kan helpen bij het ongedaan maken van een deel van de schade die door onvervulde ontwikkelingsbehoeften wordt veroorzaakt. Kohut stelt dat empathie op zichzelf helende effecten kan hebben, maar merkt ook op dat empathie kan worden gebruikt als een intellectueel hulpmiddel dat het vertrouwen van de cliënt wint, waardoor de therapeut meer bruikbare informatie kan krijgen en effectieve therapeutische strategieën kan ontwikkelen. Kohut introduceerde verschillende nieuwe termen in het veld, waaronder:
- Zelf-objecten, dat zijn objecten die een individu ervaart als deel van zichzelf. Deze “objecten” kunnen ook mensen omvatten. Bijvoorbeeld, een zuigeling kan zijn of haar ouders zien als een verlengstuk van zichzelf.
- Optimale frustratie is een vorm van verdraagbare frustratie en teleurstelling. Wanneer een kind toegang tot een zelf-object nodig heeft, maar er geen beschikbaar is, kan hij of zij frustratie ervaren. Optimale frustratie treedt op wanneer een persoon frustratie ervaart die kan leiden tot de ontwikkeling van nieuwe copingvaardigheden. Bijvoorbeeld, wanneer een moeder een baby die niet meer kan slapen kalmeert met een fopspeen, stelt dit de baby in staat om het vermogen te ontwikkelen om te functioneren zonder de fopspeen.
- Tweelingbehoefte is het verlangen om zich vergelijkbaar te voelen met andere mensen.
- Tripolaire zelf: Dit zijn drie fundamentele behoeften, waaronder behoeften aan grandioos exhibitionisme, behoeften aan een alter-ego en behoeften aan een geïdealiseerd figuur (zoals een ouder).
In de jaren zeventig won Kohut’s theorie van de zelfpsychologie snel aan populariteit. Veel mensen die worstelden met schuldgevoelens als gevolg van materiële uitspattingen en zelfzuchtig gedrag zagen in de zelfpsychologie een positievere en begripvollere benadering van therapie dan in de traditionele psychoanalyse. Vanwege haar accepterende benadering is de zelfpsychologie een van de fundamenten van de moderne psychologie geworden, samen met objectrelaties, egopsychologie, en de theorie van drift en motivatie.
Boeken van Heinz Kohut
- De analyse van het zelf: een systematische benadering van de psychoanalytische behandeling van narcistische persoonlijkheidsstoornissen (1971)
- Het herstel van het zelf (1978)
- De zoektocht naar het zelf: geselecteerde essays van Heinz Kohut (twee delen, 1979)