Hoe Mac OS X werkt

, Author

Het hart van Mac OS X is de XNU kernel. De kernel verwijst naar het deel van een besturingssysteem dat als eerste wordt geladen. Het controleert en bewaakt hardwarebronnen zoals geheugen, CPU processortoewijzing en schijfstations. De XNU-kernel bevat code van een oud computerarchitectuursysteem dat Mach heet. Mach is een product van de Carnegie Mellon Universiteit en bestaat al sinds de jaren 1980. Deze code is verantwoordelijk voor een aantal basisfuncties binnen de Mac-computer, waaronder virtueel geheugenbeheer en multitasking. De code geeft het Mac OS ook de bevoegdheid om de verwerkingssnelheid van de CPU te verlagen als deze oververhit begint te raken.

Een ander onderdeel van de kernel is de Input-Output (I/O) Kit. Deze vertrouwt op een gespecialiseerde, beperkte versie van de C++ programmeertaal om apparaatstuurprogramma’s aan te sturen. Apparaatstuurprogramma’s zorgen ervoor dat externe apparaten kunnen communiceren met uw computer. Uw printer kan bijvoorbeeld een apparaatstuurprogramma nodig hebben op uw computer, zodat u kunt afdrukken vanaf uw machine. Het afhandelen van alle verzoeken en informatie die van uw computer naar andere apparaten gaat — en vice versa — is een veeleisende taak. De I/O Kit stelt een Mac-computer in staat om meerdere apparaten via verschillende technologieën tegelijk te verwerken. Daarom kunt u gelijktijdig apparaten op een Mac aansluiten met USB-, FireWire- en Thunderbolt-kabels.

Advertentie

Advertentie

Het derde deel van de XNU-kernel is de bewaker en uitsmijter van uw computer. Dit deel van de kernel is gebaseerd op het Berkeley Software Distribution (BSD)-derivaat voor UNIX en is belast met het handhaven van de systeembeveiliging en de machtigingen. Wanneer je inlogt op een Mac computer bepaalt de BSD je toegangsniveau. Een beheerder zou bijna vrij spel hebben en zou programma’s en andere gegevens kunnen downloaden of verwijderen. Andere gebruikersniveaus hebben misschien niet zulke liberale rechten. Hierdoor kan de beheerder bepalen tot welke processen een normale gebruiker wel en niet toegang heeft. Het BSD element van de XNU kernel helpt ook bij het synchroniseren van processen in de Mac computer.

Ook onderdeel van Mac OS X zijn de core services laag en de applicatie services laag. Samen met de kernel en de hardware vormen deze lagen wat computertechnici een stack noemen. Een stack is gewoon een manier om de relatie tussen de verschillende lagen van de software en hardware van een computer te conceptualiseren. Onderaan de stack bevinden zich de hardware en de firmware. Het volgende niveau is de OS kernel. Daarna komen de kerndiensten en dan de laag van de toepassingsdiensten. De programma’s zelf staan bovenaan de stack.

De core services component van Mac OS X bestaat uit meerdere frameworks die de computer in staat stellen om taken te verwerken zoals het zoeken naar tekst in verschillende talen en systeem-API’s. De laag van de applicatieservices is het basissysteem van de grafische gebruikersinterface (GUI). Dit is de laag die de typische gebruiker zal zien — het is wat de grafische omgeving creëert. De applicatie services laag fungeert ook als een communicatiekanaal tussen de verschillende applicaties, zodat deze met elkaar kunnen communiceren.

Naar aanleiding van dit artikel gaan we eens kijken naar een aantal Mac OS X functies.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.