Müller, 1764
Beschrijving
Grondkevers behoren tot een zeer grote familie met duizenden soorten in Noord-Amerika. Deze insecten zijn zowel als volwassen kever als als larve roofzuchtig. De larven bevinden zich onder de grond. De meeste adulten foerageren aan het bodemoppervlak, hoewel sommige planten beklimmen om naar prooi te zoeken. Loopkevers voeden zich met eieren en larven van wortelmaden, bladluizen, rupsen, keverlarven, slakken, naaktslakken en onkruidzaden. Ze zijn meestal donker en glanzend, de kleur varieert maar de meeste zijn donkerbruin, zwart, of metaalkleurig. De vleugeldekveren hebben vaak strepen of putjes en ze hebben draadachtige antennes.
Distinctieve kenmerken
De volwassen dieren verschillen per soort, sommige zijn zwart of metaalkleurig. Zelden bekend dat ze vliegen, geven deze insecten de voorkeur aan foerageren op de grond, vaak verstoppen ze zich in grondspleten.
Levenscyclus
De volwassen vrouwtjes leggen eieren op verschillende plaatsen, meestal op of in de grond. Uit de eieren komen larven, die op andere insecten en geleedpotigen jagen, zich uiteindelijk verpoppen en als volwassen dieren uitgroeien. Het kan tot 1 jaar duren om hun levenscyclus te voltooien, en de kevers kunnen 2-3 jaar oud worden.
Prooi
Voedt zich met eieren en larven van wortelmaden, bladluizen, rupsen, keverlarven, slakken, naaktslakken, en onkruidzaden.
Habitat
Larven worden aangetroffen in bodemholen, volwassen dieren zitten overwegend op het bodemoppervlak of verstoppen zich misschien in grondspleten of onder bladafval. Van sommige soorten is bekend dat ze in het gebladerte klimmen op zoek naar een prooi.
Bloemenrijkdommen
Van enkele soorten is bekend dat ze zich voeden met stuifmeel en zaden.
Wijdverspreiding
Verschillende soorten zijn algemeen in elke staat ten zuiden van Canada.
Oorsprong
meestal inheems.
Occurrence
Zeer algemeen.
Grootte
3-36 mm.
Kleur
Roodachtig, bruin, zwart, koper-metallic, blauw of groen.
Aankondigingen
Wij danken het North Central IPM Center voor de financiering van dit project en de leden van de Great Lakes Vegetable Working Group voor het leveren van het grootste deel van de inhoud. Wij erkennen ook Michigan State University, Oregon State University, de Xerces Society, en USDA Agricultural Research Services voor hun steun en bijdragen aan de ontwikkeling van deze smartphone app.
Sommige informatie over bestuivers en habitatbeheer is met toestemming overgenomen uit Attracting Native Pollinators, de gids van de Xerces Society voor de bescherming van bijen en vlinders in Noord-Amerika. Het bulletin “How to Reduce Bee Poisoning from Pesticides (PNW 591)” is met toestemming gebruikt, copyright Oregon State University. Informatie over colony collapse disorder en de waarde van bestuivers voor de landbouw werd gehaald van de USDA ARS website. Gebruikte afbeeldingen van Bugwood zijn voorzien van het juiste citatienummer.