Het is al lang bekend dat we allemaal in de baarmoeder beginnen als geslachtsloze kleine klodders. We hebben elk dezelfde ongedifferentieerde uitwendige uitrusting (een weefselknop), plus twee sets inwendige kanalen.
Afhankelijk van of een embryo een Y-geslachtschromosoom heeft of twee X’en, begint het zich in week zeven te ontwikkelen tot een jongen of een meisje. Dat kleine hoopje weefsel (de genitale knobbel) opent zich om twee paar schaamlippen en een clitoris te vormen, of het sluit zich om een penis en testikels te maken. Zo bezien zijn de overeenkomsten tussen de geslachtsdelen van jongens en die van poppen overduidelijk en dat heeft al sinds de Griekse oudheid tot commentaar geleid.
Maar er is nog veel meer overlap dan je zou vermoeden. Vrouwen zijn niet de enigen die een clitoris hebben. Mannen ook.
Om dit volledig te begrijpen, helpt het om wat dingen te weten over onze ondeugende delen. Bij vrouwen, de clitoris is een veel groter orgaan dan het over het algemeen krediet krijgt voor te zijn. Dat kleine beetje ultragevoelig weefsel dat het mikpunt is van zoveel aandacht is slechts het topje van de ijsberg. Het zichtbare deel dat wordt aangeraakt en geproefd is het kruintje, meestal 0,25 tot 0,75 cm lang. Aan het zicht onttrokken is de andere 2,75 tot 5 inches van de structuur! Het geheel heeft de vorm van een Y, met de zichtbare kruin die leidt naar het gedeelte dat het lichaam wordt genoemd, dat zich vervolgens splitst in twee benen die de urinebuis en het vaginakanaal omsluiten.
Deze 3 tot 5,75 inch lange structuur is gemaakt van twee ingeklemde stroken corpora cavernosa, een weefsel dat zich volzuigt met bloed en stijf wordt wanneer zijn eigenaar wordt opgewonden.
Keren we naar de penis, dan zien we dat het binnenste is opgebouwd uit twee soorten weefsel. Het dunne corpus spongiosum loopt langs de onderzijde van de schacht, omsluit de urinebuis en beslaat de gehele eikel. Dit weefsel speelt een ondergeschikte rol bij een erectie, omdat een stijve vooral te danken is aan de twee ingeklemde stroken van de corpora cavernosa, die het grootste deel van de schacht uitmaken. Deze lopen inwendig taps toe, juist wanneer zij de eikel van het spongiosum bereiken.
Zoals bij vrouwen, neemt de cavernosa van een man bloed op en wordt hij stijf wanneer hij seksueel opgewonden is. Net als bij vrouwen heeft de cavernosa de vorm van een Y met drie delen – kruin, lichaam, benen. Bij mannen beslaat het lichaam het grootste deel van de structuur, en zijn de benen relatief stomp. Gemiddeld is de mannelijke cavernosa langer en dikker (wat logisch is, aangezien mannen als groep groter zijn dan vrouwen), en – in tegenstelling tot vrouwen – is het grootste deel ervan zichtbaar.
Dit is dus wat we hebben: hetzelfde weefsel dat dezelfde structuur vormt op dezelfde plaats. Met andere woorden, het is hetzelfde.
Een penis is eigenlijk een clitoris die grotendeels uit het lichaam is getrokken en bovenop een veel kleiner stuk spongiosum is geënt dat de urethra bevat.
Hoe graag ik ook bekend wil staan als de persoon die zich voor het eerst realiseerde dat mannen clitorissen hebben, de eer gaat naar psycholoog-anatoom-seksuoloog Josephine Lowndes Sevely voor het eerst expliciet maken in 1987. Wetenschapsschrijfster Catherine Blackledge ging er in 2004 dieper op in.
Russ Kick
50 Things You’re Not supposed to know, Volume 2 (2004)
Sculpture: De Opperste Boeddha zit in yab-yum met de Opperste Wijsheid