Neisseria spp. (andere dan N. gonorrhoeae en N. meningitidis)
MATERIAL SAFETY DATA SHEET – INFECTIOUS SUBSTANCES
SECTION I – INFECTIOUS AGENT
NAME: Neisseria spp. (andere dan N. gonorrhoeae en N. meningitidis)
SYNONYM OF CROSS REFERENCE: N. lactamica, N. mucosa, N. polysaccharea, N. subflava, N. sicca, N. mucosa, N. cinerea, N. flavescens
CHARACTERISTIEK: Familie Neisseriaceae; gramnegatieve diplokokken, nierboonvormig, aëroob of facultatief aëroob, oxiderend, niet-motiel, vormen tetrads
SECTIE II – GEZONDHEIDSGEVAAR
PATHOGENICITEIT: Habitat van de oro- en nasofaryngeale slijmvliezen; meestal niet pathogeen; gepigmenteerde vormen af en toe geassocieerd met meningitis (N. flavescens, N. subflava); N. lactamica wordt vaak aangetroffen in keel- en nasofaryngeale culturen van zuigelingen (veroorzaakt soms endocarditis en meningitis); N. mucosa wordt aangetroffen in de menselijke nasofarynx en veroorzaakt soms longontsteking; betrokken als etiologisch agens bij meningitis, bacteriëmie, endocarditis, empyema, pericarditis en longontsteking
EPIDEMIOLOGIE: Wereldwijd
HESTGEBIED: Mensen
INFECTIOUS DOSE: Niet bekend
WIJZE VAN OVERBRENGING: Door contact met druppels en afscheiding uit neus en keel van besmette personen; komt niet vaak voor aangezien organismen van lage virulentie zijn
INCUBATIEPERIODE: Mogelijk 1-2 weken
COMMUNICABILITEIT: Lage overdraagbaarheid
SECTIE III – DISSEMINATIE
RESERVOIR: Mensen
ZOONOSIS: Geen
VECTOREN: Geen
VERSCHILLIGHEID
VOORKOMSTIGHEID: Gevoelig voor penicilline, streptomycine, tetracycline en erytromycine
RESISTENTIE: Aanwezigheid van het Tet-M-gen verleent sommige stammen resistentie tegen tetracyline; N. cinerea zijn minder gevoelig voor erytromycine
SUSCEPTIBILITEIT TEGEN DISINFECTANTEN: Gevoelig voor veel desinfectantia – 1% natriumhypochloriet, 70% ethanol, jodium, glutaaraldehyde, formaldehyde
FYSISCHE INACTIVATIE: Vatbaar voor vochtige hitte (121° C gedurende ten minste 15 min) en droge hitte (160-170° C gedurende ten minste 1 uur)
OVERLEVEN BUITEN HUIS: Beperkt
SECTIE V – MEDISCH
OVERLIJDEN: Bewaken op symptomen; bevestigen door uitstrijkje van liquor om organisme aan te tonen
EERSTE HULP/TREATMAATREGELEN: Antibioticumtherapie
IMMUNISATIE: Geen
PROPHYLAXIS: Geen
SECTIE VI – LABORATORISCHE GEVAREN
LABORATORIUM-ACQUIRED INFECTIONS: Laag infectierisico
VOORZIENINGEN/SPECIMENS: Nasofaryngeale specimens, cerebrospinaal vocht, bloed
PRIMARY HAZARDS: Parenterale inoculatie; druppelblootstelling van slijmvliezen
SPECIAIRE GEVAREN: Geen
SECTIE VII – AANBEVOLEN VOORZORGSMAATREGELEN
CONTAINMENT REQUIRS: Bioveiligheidsniveau 2 praktijken en inperking voor alle activiteiten waarbij bekende of mogelijk besmettelijke specimens en culturen worden gebruikt
VOORZORGSMAATREGELEN: Laboratoriumjas; handschoenen wanneer direct contact met besmettelijk materiaal onvermijdelijk is
ANDERE VOORZORGSMAATREGELEN: Geen
SECTIE VIII – HANDLEIDINGSINFORMATIE
Morsingen: Laat aërosolen bezinken; draag beschermende kleding, bedek het gemorste materiaal voorzichtig met een papieren handdoek en vervolgens met 1% natriumhypochloriet, beginnend bij de omtrek en werkend naar het midden; zorg voor voldoende contacttijd (30 min) alvorens op te ruimen
VERWIJDEREN: Ontsmetten vóór verwijdering; stoomsterilisatie, chemische desinfectie, verbranding
OPSLAG: In verzegelde containers die op de juiste wijze zijn geëtiketteerd
SECTIE IX – DIVERSE INFORMATIE
Datum opgesteld: Maart, 2001
Voorbereid door: Office of Laboratory Security, PHAC
Hoewel de informatie, opinies en aanbevelingen in dit Veiligheidsinformatieblad samengesteld zijn uit bronnen die geacht worden betrouwbaar te zijn, aanvaarden wij geen verantwoordelijkheid voor de nauwkeurigheid, toereikendheid of betrouwbaarheid of voor enig verlies of letsel voortvloeiend uit het gebruik van de informatie. Er worden regelmatig nieuwe gevaren ontdekt en het is mogelijk dat deze informatie niet volledig up-to-date is.