Excitatie-contractie koppeling verwijst naar a. de actiepotentiaal van een neuron die de vrijzetting van neurotransmitters uit synaptische blaasjes in gang zet. b. het verband tussen de lengte van de sarcomeer en de opgewekte spanning. c. het langs elkaar heen glijden van dikke en dunne filamenten. d. het verband tussen excitatie aan het sarcolemma en het vrijkomen van calciumionen uit de terminale cisternae van het sarcoplasmatisch reticulum. Nummer de volgende gebeurtenissen van skeletspiercontractie in de juiste volgorde, met nummer 1 voor de eerste gebeurtenis en nummer 6 voor de laatste gebeurtenis. 8 Een krachtstoot treedt op als myosine zich in zijn ontspannen positie beweegt en de dunne puls geeft Calciumionen binden zich aan troponine, dat tropomyosine wegtrekt van actine. ATP verbreekt de actine-myosine aanhechting, waarna ATP wordt gehydrolyseerd en myosine weer wordt vastgezet. De myosinekop bindt zich aan een actinesubeenheid De energie van ATP-hydrolyse “hokt” de myosinekop in een rechtopstaande positie. De terminale cisternae van het sarcoplasmatisch reticulum laten calciumionen los in het sarcoplasma. flament in de richting van de M-lijn.